het glycogeen zelfst.naamw. Afbreekpatroon: gly·co·geen Verbuigingen: glycogenen (meerv.) een molecuul (polysacharide) waarin dieren energie opslaan Voorbeeld: 'De voorraad glycogeen die een mens doorgaans heeft is genoeg voor een aantal minuten sporten.' . 17 definities...
1) Dierlijk zetmeel 2) Spiersuiker 1) Spiersuiker 
[Energie] door veel glucose aan elkaar te koppelen als glycogeen kan dit worden opgeslagen in lever en spieren[Vertering] een polysacharide van glucose, die opgeslagen kan worden in lever en spieren
spiersuiker (toon de herkomst via de etymologiebank)
De opgeslagen reservevoorraad glucose in lever en spiercellen.
reservestof bij veel Fungi (sterk vertakt homopolymeer van a-glucosemonomeren)
koolhydraat dat gevormd wordt uit glucose en wordt opgeslagen in de lever en in de spieren, waar het dient als energievoorraad
• [biologie] [scheikunde] een molecuul (polysacharide) waarin dieren energie opslaan.
[levenswetenschappen] Glycogeen is een polymeer van glucose, waarin de glucose-eenheden aan weerszijden aan elkaar zijn gekoppeld. Koolhydraten uit voedsel worden als glycogeen vooral in de lever opgeslagen, maar ook in de spieren. Glycogeen wordt gebruikt als makkelijk aanspreekbare energievoorraad.
spiersuiker
Polysacharide, opgebouwd uit glucose-eenheden. Glycogeen wordt als reservestof opgehoopt in bijvoorbeeld spier- en levercellen.
Glucosevoorraad in de lever.Glycogeen omgezette glucose vooraad in de lever en de spieren. Glycogeen stapeling type V Problemen met de glycogeen vooraad in de spieren Glycogeen stapeling type VII Problemen met de glycogeen vooraad in de lever
vorm van opslag van het lichaam aan koolhydraten (in de spieren en de lever).
synoniemen: dierlijk zetmeel
Glycogeen is een vertakt polysacharide, zie verder koolhydraat. Zie ook Binas 67A3.
dierlijk zetmeel, in de lever gemaakt en opgeslagen.
(levermeel) Menselijk of dierlijk polysacharide dat in de lever wordt gevormd en opgeslagen (= levermeel).