Afzeggen definities

Zoek op

afzeggen

afzeggen logo #1000 afzeggen werkw. Uitspraak: [ ˈɑfsɛxə(n) ] Afbreekpatroon: af·zeg·gen Vervoegingen: zegde af, zei af (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft afgezegd (volt.deelw.) zeggen dat je iets wat afgesproken was toch niet zult doen Voorbeelden: 'een afspraak afzeggen' , 'een optreden afzeggen' Synoniemen: afbellen afbestellen afblazen afgelast...
Gevonden op https://woorden.org/woord/afzeggen

Afzeggen

Afzeggen logo #10101) Afbellen 2) Bedanken 3) Stoppen 4) Annuleren 5) Intrekken 6) Tegenbevel geven 7) Afvallen 8) Opgeven 9) Ophouden 10) Opzeggen 11) Afspraak herroepen 12) Aflasten 13) Afhaken 14) Herroepen 15) Afgelasten 16) Niet komen 17) Eruitstappen 18) Afblazen 19) Afbestellen
Gevonden op https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Afzeggen/1

afzeggen

afzeggen logo #10814• [ov] aangeven dat men niet gaat komen.
Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/afzeggen

afzeggen

afzeggen logo #11619afdanken; iets verbreken (bijv. een afspraak)
Gevonden op https://uitleenwoordenbank.ivdnt.org/index.php/uitleen/zoek_gecombineerd_ca

Afzeggen

Afzeggen logo #11538Als je iets afzegt, dan laat je weten dat je niet komt.
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/11538
Geen exacte overeenkomst gevonden.