assembleren werkw. Uitspraak: [ ɑsɑm'blerə(n) ] Afbreekpatroon: as·sem·ble·ren Vervoegingen: assembleerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geassembleerd (volt.deelw.) 1) onderdelen monteren tot een product Voorbeelden: 'Bouwen wordt steeds meer assembleren.' , 'Hier worden personenwagens gebouwd en geassembleerd.' 2... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/assembleren
Het samenvoegen van verschillende onderdelen teneinde een werkzaam geheel te krijgen. Categorie: Procédés en Technieken > additieve- en verbindingsprocédés en -technieken. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10491
Samenvoegen, na de wijnbereidingen worden wijnen afkomstig van verschillende wijnstoksoorten, met elkaar tot een evenwichtig geheel door elkaar gemengd. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10942