bedompt bijv.naamw. Uitspraak: [ bə'dɔmt ] Afbreekpatroon: be·dompt 1) met gebrek aan frisse lucht Voorbeelden: 'een bedompte kamer luchten' , 'Het ruikt er bedompt.' Antoniem: fris Synoniemen: : muf, benauwd 2) bedekt met een laag condens Voorbeeld: 'bedompte autoruiten' Synoniem: beslagen Synoniemen: bekrompen b...
1) Bekrompen 2) Benauwd 3) Benauwend 4) Dompig 5) Drukkend 6) Drukkend warm 7) Duf 8) Muf 9) Niet fris 10) Onfris 11) Vochtig 12) Vuns 13) Zwoel 1) Benauwd 2) Dompig 3) Drukkend 4) Duf 5) Muf 6) Muffig 7) Onfris 8) Vuns 
duf, muf (toon de herkomst via de etymologiebank)
beslagen - Voorbeeld: ‘Zij zag de wereld door een bedompt venstertje: alles effen grijs in 't stilstaan der dagen’
benauwend