I het bestaan zelfst.naamw. Uitspraak: [ bəˈstan ] Afbreekpatroon: be·staan het (er) zijn Voorbeelden: 'een sober bestaan leiden' , 'Ik wist niet van het bestaan van wondlijm.' , 'Hij moet knokken voor zijn bestaan.' II bestaan werkw. Uitspraak: [ bəˈstan ] Afbreekpatroon: be·staan Vervoegingen: bestond (verl.tijd enkelv.) Vervoeginge...
1) Aanzijn 2) Broodwinning 3) Existensie 4) Existentie 5) Existeren 6) Het wezenlijke 7) Het zijn 8) In wezen zijn 9) Inhouden 10) Kost 11) Kostwinning 12) Kunnen 13) Leven 14) Lot 15) Mogelijk zijn 16) Omvatten 17) Volharden 18) Voorkomen 19) Wagen 20) Wagen te doen 21) Wezen 22) Zijn 1) Ambacht 2) Baan 3) Ben 4) Bent 5) Brood 6) Broodwinning 7) Durven 8) Existentie 9) Existeren 10) Inhouden 11) Inkomen 12) Is 13) Kostwinning 14) Kunnen 15) Leven 16) Levensonderhoud 17) Liggen 18) Lopen 19) Lot 20) Nering 21) Omvatten 22) Ondernemen 23) Rondlopen 24) Subsisteren 25) Voorkomen 26) Wagen 
er zijn (toon de herkomst via de etymologiebank)
ergens uit opgebouwd zijn vb: die puzzel bestaat uit kleine blokkenhet er zijn vb: we vieren het 10-jarig bestaan van de vereniging Synoniem: existentie
•daadwerkelijk in het universum voorkomen.
[I] existeren [II] het zijn, het leven