bezien werkw. Uitspraak: [ bəˈzin ] Afbreekpatroon: be·zi·en Vervoegingen: bezag (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ~ (volt.deelw.) beoordelen Voorbeeld: 'de voorwaarden kritisch bezien' Dat valt/staat nog te bezien. (dat is nog niet zeker) 'Het valt nog te bezien of de nieuwe regeling voordelen gaat opleveren.' Synoniemen: aanscho... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/bezien