de excursie zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ɛksˈkʏrzi ] Afbreekpatroon: ex·cur·sie kort reisje dat als doel heeft om iets te leren Voorbeeld: 'op excursie gaan' Synoniemen: dagreis dagtocht gang pleziertocht reis rit tocht toer tournee trip uitstapje uitweiding werkbezoek 
1) Uitstap 2) Uitgaansdag 3) Uitstapje 4) Plezierreis 5) Uitstapje naar bezienswaardigheden 6) Werkbezoek 7) Uitweiding 8) Pleziertochtje 9) Dagje uit 10) Pleziertocht 11) Plezierreisje 12) Vakantietrip 13) Studiereis 14) Dagtocht 15) Trip 16) Dagreis 17) Reis 18) Tournee 19) Toer 20) Tocht 21) Gang 
(Let op: oude spelling) Zie uittreding.
uitstapje
Let op: Spelling van 1858 uitstapje, pleziertogtje
Een reisje om iets te leren.
Tocht met een educatief karakter. Zie ook excursion
Een techniek die wordt gebruikt tijdens het ontwikkelen van ideeen. De techniek wordt toegepast in drie stappen: (1) Neem afstand van het huidige proces van ideeenontwikkeling; (2) ontwikkel anderssoortige ideeen en materiaal dan in het proces tot nu toe gebruikelijk; (3) Probeer de nieuwe ideeen en het nieuw ontwikkelde materi...
uitstapje (toon de herkomst via de etymologiebank)
leerzaam uitstapje vb: de klas maakte een excursie naar het museum
Een 'excursie' is een uitstapje door een groep mensen, meestal met educatieve of amuserende doeleinden. Vaak zijn excursies een aanvulling op een langere reis, vakantie of een bezoek aan een plaats.
uitstapje
Een excursie is een uitstapje. [basiswoordenlijst groep 6]
Aanhangsels of uitweidingen waarin aan de hand van passages uit andere werken nader op een bepaald punt of onderwerp wordt ingegaan