het bouwbedrijf zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'bɑubədrɛif ] Afbreekpatroon: bouw·be·drijf Verbuigingen: bouwbedrijven (meerv.) bedrijf dat gebouwen maakt Voorbeeld: 'een bouwbedrijf dat grote projecten aanneemt' Synoniemen: aannemersbedrijf bouw Gevonden op https://woorden.org/woord/bouwbedrijf