de bouwplaats zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'bɑuplats ] Afbreekpatroon: bouw·plaats Verbuigingen: bouwplaatsen (meerv.) plaats of terrein waar iets gebouwd of aangelegd wordt Voorbeeld: 'Je mag alleen op de bouwplaats komen met een veiligheidshelm op je hoofd.' Synoniemen: : bouwterrein, werf Synoniemen: bouw 3 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/bouwplaats