RailAlert

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Transport en verkeer > Rail
Datum & Land: 12/09/2022, NL
Woorden: 104


Aanrijdgevaar
Onder aanrijdgevaar wordt verstaan het gevaar dat medewerkers lopen om in aanraking te komen met treinen en railgebonden voertuigen  

Actief beveiligde overweg
Overweg die voorzien is van een treinaankondigingsinstallatie

Activiteitenoverzicht
Concept WBI van het planbureau. Planbureau verwerkt WBI-aanvraag in een activiteitenoverzicht en stuurt dit retour aan WB-O

Afbakening
Niet-menskerende fysieke voorziening die een persoon voelbaar waarschuwt dat hij/zij een grens nadert

Algemeen Leider
(AL) Functionaris van ProRail Verkeersleiding die leiding geeft aan de afhandeling van een calamiteit. De AL = Officier van Dienst – Rail (OvD Rail)

Arbeidshygiënische Strategie
Hiërarchisch stelsel van veiligheidsbeheermaatregelen voor risico’s

Arbeidsveiligheid
De veiligheid van degenen die werken

Audit
Onafhankelijke toetsing/beoordeling van een activiteit, proces, systeem of organisatie op basis van een vooraf overeengekomen expliciete norm.

Baanvak
Gedeelte van de baan tussen twee met name genoemde punten

Bedrijfspas
Document door middel waarvan de houder kan aantonen dat hij gerechtigd is een veiligheidstaak/veiligheidstaken uit te oefenen

Begeleider buitendienst- gesteld spoor
Persoon bevoegd voor het begeleiden van werktreinen en andere railgebonden voertuigen op buitendienstgesteld spoor

Beheerste Toelating
Werkplekbeveiligingsmaatregel waarbij railverkeer naar de werkplek wordt uitgesloten door maatregelen van de LWB met de restrictie dat de werkplek binnen een vooraf vastgestelde tijdsduur wordt vrijgemaakt om treinverkeer toe te staan

Best practice
Werkwijze voor een specifieke (veiligheids-)activiteit of set van (veiligheids-)activiteiten in een specifieke context die: voldoet aan het gestelde doel en past binnen de geldende kaders, normen en randvoorwaarden; in overeenstemming is met de huidige stand der techniek, de beschikbare competenties en de operationele mogelijkheden

Bijna-ongeval
Een bijna-ongeval is een gebeurtenis waarbij de uitvoering van een noodveiligheidsmaatregel (zoals alarm, herroepen, snelremming, typhoneren, afzwaaien, wegspringen persoon of uit de gevarenzone verwijderen) een ongeval heeft voorkomen

Bijzonder voertuig
Voertuig dat in een buitendienstgesteld gebied op het spoor kan rijden, niet zijnde een locomotief of treinstel

Bouwplaats
Locatie waar een infraproject wordt uitgevoerd

Brancherichtlijn
Een brancherichtlijn geeft voor specifieke activiteiten of maatregelen een nadere uitwerking van de regels. Een brancherichtlijnen is bindend

Buiten bedrijf
(VVW-Tram) Status van de baan waarbij alle railverkeer van en naar de bouwplaats in het geheel is uitgesloten

Buitendienst(stelling)
Veiligheidsbeheersmaatregel, door treindienstleider (1e schil) en leider werkplekbeveiliging (2e schil), voor het spoor waarbij exploitatief treinverkeer op de werkplek is uitgesloten

Buiten gebruik
Status van werkplekbeveiliging waardoor regulier treinverkeer op de werkplek is uitgesloten door het treffen van maatregelen door de treindienstleider

Calamiteit
Een calamiteit is een ongewenste gebeurtenis, waarbij sprake is van verstorende effecten op het railverkeerssysteem en/of op diensten van deelnemers aan het railverkeerssysteem, zodanig dat continuering in gevaar komt of reeds belemmerd is

Controleur Veilige Berijdbaarheid
Bevoegd persoon die beoordeelt of de veilige berijdbaarheid van de infrastructuur gedurende en na beëindiging van de werkzaamheden geborgd is

Directievoerder
Toezichthouder namens de opdrachtgever op een project

Eilandbuitendienststelling
Een eilandbuitendienststelling is een buitendienststelling die geen veilige aan- en aflooproute heeft voor personeel

Elektrocutiegevaar
Het gevaar dat werkenden lopen om in aanraking te komen met spanningvoerende delen

Fail safe
Eigenschap waarbij een element of middel bij storing de gebruiker altijd zal waarschuwen voor gevaar

Flashlights
Knipperend lichtbaken dat wordt toegepast om gevaarlijke locaties (grenzen van werkplekken of buitendienststellingen etc.) te markeren

Functionaris
De persoon die op zijn functieterrein kennis heeft van de desbetreffende reglementen, voorschriften en procedures

Fysieke Afscherming
(middel) Menskerende voorziening die voorkomt dat de uitvoerende in de gevarenzone (zone A) kan komen

Fysieke Afscherming
(veiligheidsmaatregel) Methode van werkplekbeveiliging waarbij werkenden en risicobron in ruimte van elkaar worden gescheiden

Gevarenzone tram
Het gebied waarbinnen aanrijdrisico door een tram aanwezig is

Gegarandeerde Waarschuwing
(middel) Een automatische waarschuwingsinstallatie die bij een naderende trein tijdig een visueel en akoestisch signaal geeft

Gereedschapmachinist / Machinist Buiten Dienst
Een machinist vb of bb die opgeleid en gecertificeerd is om te rijden met voertuigen in de buitendienststelling

Gevaar
Bron of situatie met de potentie schade of letsel te veroorzaken

Gevarenzone
(zone A) Het gebied waarbinnen zich aanrijdrisico door een trein kan voordoen

Gevarenzone
(elektrische installatie) Een bepaalde ruimte rondom actieve delen, waarin het isolatieniveau ter voorkoming van elektrisch gevaar niet is gewaarborgd als deze ruimte zonder beschermings-voorzieningen wordt binnengegaan

Geplande periodes
Vooraf is duidelijk op welke sporen/locaties en tijdstippen de periodes ‘actief’ zijn en dat deze in de WBI zijn vastgelegd en in het planningsproces zijn opgenomen

Grenswachter
Bevoegd persoon die bewaakt dat werkenden en gereedschappen niet onbedoeld in een aangrenzende zone komen

Handgereedschap
Handgereedschap is gereedschap dat de gebruiker zonder specifieke maatregelen kan hanteren en hem niet belemmert om binnen vijf seconden de gevarenzone (zone A) te verlaten

Hoofdsporen
Een spoorweg wordt als hoofdspoorweg aangewezen, indien: de spoorweg uitsluitend of overwegend bestemd is voor het verrichten van openbaar personenvervoer of goederenvervoer ten behoeve van internationale, nationale of regionale verbindingen, en de Staat rechthebbende is ten aanzien van de spoorweg

Incident/bijna-ongeval
Een incident is een onbedoeld plotseling optredend voorval dat had kunnen leiden tot schade of letsel (bij een incident/bijna-ongeval is de (spoorweg)veiligheid in het geding geweest)

Incident
Een incident is een onbedoeld plotseling optredend voorval dat had kunnen leiden tot schade of letsel. Bij een incident/bijna ongeval is de (spoorweg)veiligheid in het geding geweest

Installatie Verantwoordelijke
Taak bij de opdrachtgever die direct verantwoordelijk is voor de bedrijfsvoering van de elektrische installatie en de coördinatie tussen de verschillende werken

Instructie
Een schriftelijke en/of mondelinge opdracht met een toelichting ten aanzien van veiligheid en maatregelen voorafgaand aan het uitvoeren van de desbetreffende activiteiten

Leider werkplekbeveiliging
Bevoegd persoon die verantwoordelijk is voor het aanbrengen, in stand houden en verwijderen van de werkplekbeveiliging in relatie tot aanrijdgevaar

Leider werkplekbeveiliging tram
De persoon die verantwoordelijk is voor het aanbrengen, in stand houden en verwijderen van de werkplekbeveiliging in relatie tot aanrijd- en elektrocutiegevaar bij de tram

Leider lokale veiligheid
Bevoegd persoon belast met zorg voor de naleving van veiligheidsmaatregelen op een aangewezen locatie

Markering
Niet-menskerende voorziening waarbij een persoon visueel gewaarschuwd wordt dat deze de grens nadert

MachinistBuiten Dienst
Een machinist (volledig of beperkt) bevoegd met geldige vergunning die opgeleid en gecertificeerd is in het rijden met voertuigen in de buitendienststelling

Nabijheidszone
Zone B en C

Nabijheidszone
(elektrische installatie) Een beperkte ruimte rondom de gevarenzone (definitie NEN 50110)

Nevenspoor
Het spoor, direct gelegen naast het werkspoor

Onderhoudsrooster
Een jaarlijks rooster dat buitendienststellingen beschikbaar stelt ten behoeve van werkzaamheden aan het spoor

Ontwerpende partij
De natuurlijke of rechtspersoon die voor de opdrachtgever het ontwerp van een uit te voeren opdracht maakt

Opdrachtnemer
De natuurlijke of rechtspersoon die de opdracht uitvoert

Persoonlijke waarneming
De methode van werkplekbeveiliging waarbij de uitvoerende(n) wordt/worden gewaarschuwd voor een naderende trein over het werkspoor

Ploeg
Drie of meer medewerkers die samen een activiteit uitvoeren (inclusief medewerkers met een veiligheidstaak)

Ploegleider
Functionaris/vakbekwaam persoon die in het kader van de RLN00128 en RLN00124 ter plaatse met de leiding van de werkzaamheden belast is

Railgebonden voertuigen/werktrein
Krachtvoertuig (indien met andere voertuigen verbonden, daarmee een geheel vormend) of bijzonder voertuig dat zich bevindt op buitendienstgesteld spoor ten behoeve van werkzaamheden

Railwegvoertuig
Bijzonder voertuig dat op het spoor en op de weg kan rijden

Regulier vervoerproces
Treinverkeer dat volgens dienstregeling gebruikmaakt van indienstgestelde railinfra

Regiotram Utrecht
(RU) Beheerder van de infrastructuur van de tramlijnen Utrecht P+R Science Park - Utrecht - Nieuwegein - IJsselstein-Zuid/Nieuwegein-Zuid

Risico-inventarisatie en -evaluatie
(RI&E) Proces waarbij systematisch risico’s in kaart worden gebracht en gewogen en waarbij beheermaatregelen met behulp van de arbeidshygiënische strategie worden vastgesteld

Risico
Combinatie van de waarschijnlijkheid dat een gespecificeerde gevaarlijke gebeurtenis zich voordoet en de gevolgen daarvan

Risicoanalyse
Betreft elke vorm van analyseren van gevaren met betrekking tot het werk resulterend in concrete risico’s en de bijbehorende maatregelen. Vormen van risicoanalyses zijn onder andere de RI&E en de LMRA

Rijden op zicht
Rijden met een zodanige snelheid dat op elke plaats, waar een belemmering voor het verder rijden aanwezig is, tijdig gestopt kan worden

RLN00128
Veiligheidsvoorschrift voor werkzaamheden aan (of in de nabijheid van) elektrische hoogspanningsinstallaties

Spanningloosstelling
Beheersmaatregel waarbij de installatie en/of het systeem spanningloos wordt gesteld (conform de veilige vijf (vrij schakelen, voorkomen herinschakelen, meten, aarden, enzovoort)

Storing
Ongeplande gebeurtenis, waarbij sprake is van verstorende effecten op het railverkeerssysteem en/of op diensten van deelnemers aan het railverkeerssysteem, zodanig dat continuering in gevaar komt of reeds belemmerd is

Taak eigen veiligheid
(TEV) Persoon met de taak eigen veiligheid (voorheen Alleengaande) die zonder begeleiding de baan betreedt. De uitvoerder van de taak mag: zich buiten de gevarenzone (zone A) verplaatsen; buiten de gevarenzone (zone A) inspecties en opnames uitvoeren; op basis van een (locatie)specifieke instructie in dienst zijnde sporen oversteken (maximaal twee)

Technische Specificatie voor Interoperabiliteit
(TSI) Technische voorschriften ten behoeve van interoperabiliteit op het Europese spoorwegnet

Tijdelijke Snelheids- beperking
Maatregel waarbij treinverkeer tijdelijk opdracht krijgt met een lagere snelheid te rijden dan de op het betrokken spoor gebruikelijke dienstregelingsnelheid (of baanvaksnelheid)

Treindienstleider NCBG
Persoon die namens verkeersleiding verantwoordelijk is voor het regelen van het railverkeer op NCBG (niet centraal bediend gebied)

Uitvoerende partij
De natuurlijke of rechtspersoon die zich aan de opdrachtgever heeft verbonden om in een proces de uitvoerende functie te vervullen

Vakbekwaam persoon
Persoon met een elektrotechnische aanwijzing van de werkgever conform de NEN EN 50110

Vakinhoudelijk leidinggevende
Degene onder wiens gezag een veiligheidstaak wordt uitgeoefend en die zorg draagt voor vakinhoudelijke leiding over de persoon/personen die de taak uitoefent/uitoefenen

Veiligheid- & gezondheidsplan
Document waarin zijn opgenomen: gegevens over het te realiseren werk de bij het werk betrokken partijen de wijze waarop de samenwerking en communicatie tussen deze partijen plaatsvindt risico-analyse en vastgestelde beheersmaatregelen

Veiligheidsorganisatie
Combinatie van technische en organisatorische voorzieningen die borgt dat risico’s met betrekking tot aanrijd- en elektrocutiegevaar en overige arborisico’s worden weggenomen of beheerst

Veiligheidsruimte
Ruimte tussen het nulpunt van de afzetting en het begin van de werkruimte. In de veiligheidsruimte mogen zich geen personen en voertuigen bevinden. De veiligheidsruimte is bedoeld ter bescherming van wegwerkers tegen voertuigen die door de afzetting in het nulpunt rijden. (handboek wegafzettingen 96b van de CROW)

Veiligheid- & gezondheids- dossier
Bevat gegevens over de infra, technische installaties en directe omgeving, alsmede alle documenten en informatie die relevant zijn voor het (veilige) beheer van de infra

Veilige berijdbaarheid
De infrastructuur is veilig berijdbaar als deze zodanig is ingericht, dat deze voldoet aan de door de beheerder bekendgemaakte eigenschappen

Veiligheid
Mate van afwezigheid van risico’s

Veiligheidsgesprek
Communicatie tussen LWB en Treindienstleider/BD-SMC waarin afspraken worden gemaakt over het aanbrengen of verwijderen van maatregelen gerelateerd aan aanrijd- en elektrocutiegevaar, en de communicatie tussen de LWB en de machinist van de werktrein of de Gereedschapmachinist over verplaatsingen binnen de buitendienststelling

Veiligheidsman
Bevoegd persoon die ervoor zorgt dat de werkende tijdig gewaarschuwd wordt voor naderend treinverkeer

Veiligheidspersoon tram
De persoon die bij werkzaamheden aan de trambaan het tramverkeer tot de werkruimte toelaat

Veiligheid- & gezondheids-coördinator
Bevoegd persoon die verantwoordelijk is voor het inventariseren en evalueren van risico’s, het coördineren en bewaken van V&G-gerelateerde aspecten gedurende de voorbereiding en realisatie van een werk

Voertuiginstructie
(VTI) Document waarin de benodigde informatie voor het veilig kunnen verplaatsen van railgebonden voertuigen op buitendienstgesteld spoor is vastgelegd

Voldoende onderricht persoon
Persoon met een elektrotechnische aanwijzing van de werkgever conform de NEN EN 50110

Voorschrift
Dwingend opgelegde handeling die opgevolgd moet worden

Voortschrijdende activiteit
Activiteit met een verplaatsingssnelheid van minimaal 3 km/uur

Werkoverweg
Tijdelijke overweg die voldoet aan dezelfde eisen als een reguliere overweg

Werkruimte
(VVW-tram) Ruimte waarin wordt gewerkt, inclusief de draairuimte voor machines

Werkvak
(VVW-tram) Bebakende en afgezette ruimte, waarbinnen werkzaamheden worden uitgevoerd, inclusief de ruimte die nodig is voor de opslag van materiaal en materieel, de loop- en vluchtruimte voor de werkenden en de stalling van voertuigen/keten; het werkvak bestaat uit werkruimte, veiligheidsruimte en vrije ruimte

Werkverantwoordelijke
Persoon die bij de uitvoering van elektrotechnische werkzaamheden is aangewezen als direct verantwoordelijk persoon voor het geven van leiding aan deze werkzaamheden

Werkplek
De buitendienststelling (gebaseerd op locatie en tijd) die is opgenomen in een Werkplekbeveiligingsinstructie (WBI) en is aangegeven met een letter

Werktrein
Krachtvoertuig of bijzonder voertuig - indien met andere voertuigen verbonden daarmee één geheel vormend - dat zich bevindt op buiten dienst gesteld spoor en niet wordt gebruikt als gereedschap op de werkplek

WECO
(Werkcontract) Document waarin de afspraken tussen Treindienstleider en Leider Werkplekbeveiliging worden vastgelegd en bevestigd

Werkplekbeveiligings-instructie
(WBI) Document waarin onder andere de te treffen veiligheidsmaatregelen van uit te voeren werkzaamheden zijn vastgelegd

Werklocatie
Een vooraf gedefinieerde locatie waarin één of meer activiteiten plaatsvinden, aangegeven met een cijfer. Er kunnen meer werklocaties binnen een werkplek (WBI) aanwezig zijn

Werkspoor
Het spoor waarop personeel en/of machines activiteiten verrichten aan de railinfra of waarover spoorvoertuigen worden verplaatst ten behoeve van de logistiek