broeden werkw. Uitspraak: [ ˈbrudə(n) ] Afbreekpatroon: broe·den Vervoegingen: broedde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gebroed (volt.deelw.) (van vogels) op een ei zitten om het kuiken eruit te laten komen Synoniemen: gebroed koesteren nadenken uitbroeden warmhouden zinnen 7 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/broeden
op eieren zitten tot de jongen eruit komen vb: die kip zit te broeden ergens op zitten broeden [het in stilte uitdenken] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=broeden
Reproductieproces bij vogels in het algemeen, het op eieren zitten in het bijzonder (z.o. broedseizoen, incubatie)..
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10765