drummen werkw. Uitspraak: [ ˈdrʏmə(n) ] Afbreekpatroon: drum·men Vervoegingen: drumde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gedrumd (volt.deelw.) 1) muziek maken op een drumstelmuziek Voorbeeld: 'drummen op een drumcomputer' 2) duwen om vooraan te komen Voorbeeld: 'staan te drummen om als eerste in ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/drummen