evoceren werkw. Uitspraak: [ evo'serə(n) ] Afbreekpatroon: evo·ce·ren Vervoegingen: evoceerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geëvoceerd (volt.deelw.) 1) als beeld oproepen in je geest Voorbeeld: 'Het oude kasteel evoceert leven, wonen en werken in middeleeuwse tijden.' 2) (van de senaat) de bevoegdheid hebbe... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/evoceren