terugroepen werkw. Uitspraak: [ tə'rʏxrupə(n) ] Afbreekpatroon: te·rug·roe·pen Vervoegingen: riep terug (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft teruggeroepen (volt.deelw.) 1) (iemand) laten terugkeren naar de plaats te komen waar hij vandaan komt Voorbeeld: 'De president liet weten dat hij zijn troepen zou terugroepen.' 2)... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/terugroepen