gelden werkw. Uitspraak: [ ˈxɛldə(n) ] Afbreekpatroon: gel·den Vervoegingen: gold (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gegolden (volt.deelw.) 1) van toepassing zijn Voorbeeld: 'Hier gelden andere regels.' 2) meetellen Voorbeeld: 'Een doelpunt dat met de hand is gemaakt, geldt niet.' Synoniem: geldig zijn Synon...
1) Aangaan 2) Betreffen 3) Doorgaan voor 4) Geldig zijn 5) Geldt 6) Het van kracht zijn 7) Meetellen 8) Van kracht zijn 9) Van toepassing zijn 10) Van waarde zijn 11) Vigeren 12) Waard zijn 1) Betalen 2) Erkennen 3) Geldt 4) Heersen 5) Kosten 6) Meetellen 7) Tellen 8) Vermogen 9) Vigeren 10) Waarderen 
van toepassing zijn (toon de herkomst via de etymologiebank)
van toepassing zijn vb: deze regel geldt niet meer
•waarde bezitten. •in werking zijn.
meetellen, van kracht zijn
meetellen, van kracht zijn