het geweer zelfst.naamw. Uitspraak: [ xəˈwer ] Afbreekpatroon: ge·weer Verbuigingen: geweren (meerv.) 1) vuurwapen waarmee je een persoon of dier dood kunt schieten Voorbeeld: 'machinegeweer' 2) in het geweer komen (iets ondernemen) 'in het geweer komen tegen een ongunstige maatregel' Synoniem: in actie komen Syn... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/geweer
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Geweer``] Algemeene uitdrukking voor alle aanvallende wapens. Men onderscheidt blank geweer en schietgeweer. Het zijdgeweer wordt aan eenen koppel om het lijf gedragen. In vroegeren tijd toen de piek nog in zwang was, noemde men alle soorten van dat wapen van geringe lengte, kort geweer (pertuzanen, hal... Gevonden op http://www.dbnl.org/tekst/land016mili01_01/land016mili01_01_0008.htm
[Soldatentaal, 1914] hij staat voor 't geweer: een veel gebruikt antwoord wanneer er naar iemand gevraagd wordt, die afwezig is. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10742