implementeren werkw. Uitspraak: [ ɪmpləmən'terə(n) ] Afbreekpatroon: im·ple·men·te·ren Vervoegingen: implementeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geïmplementeerd (volt.deelw.) (een nieuw systeem of beleid) invoeren en in gebruik nemen Voorbeeld: 'Bij het implementeren van de nieuwe software ontdekten we enkele bugs.' Syno... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/implementeren