
de inbraak zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ ˈɪmbrak ] Afbreekpatroon: in·braak Verbuigingen: inbraken (meerv.)
het inbreken of keer dat er ingebroken wordt Voorbeelden: 'een inbraak in een tankstation plegen' , 'Het aantal inbraken en inbraakpogingen is dit jaar afgenomen.' Synoniemen: braak diefstal heist kraak
Gevonden op
https://woorden.org/woord/inbraak

1) Misdrijf 2) Misdaad 3) Huisvredebreuk 4) Kraak 5) Misdadige handeling 6) Diefstal in een gebouw 7) Ongewenst bezoek 8) Het stelen 9) Vorm van diefstal 10) Vergrijp 11) Gevaar voor schade 12) Gilletje 13) Strafbare handeling 14) Strafbaar feit 15) Criminele handeling 16) Insluiping 17) Incident in een woning
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Inbraak/1

Het door middel van geweld verbreken van afsluitingen om toegang te krijgen tot een gebouw.
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10123

Het inbreken en binnentreden van een gebouw dat aan een ander toebehoort, met het oogmerk om diefstal te plegen.
Categorie: Abstracte Begrippen > misdaad.
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10491

Het zich met geweld toegang verschaffen tot een woning of besloten lokaal. Zie Diefstal met braak en Insluiping.
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10871
een gebouw openmaken met de bedoeling om iets te gaan stelen vb: er is een inbraak geweest: alle computers zijn weg!
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/

plaats waar een dijkdoorbraak is geweest.
Gevonden op
https://www.binnenvaarttaal.nl/zoek.php?woord=inbraak
Geen exacte overeenkomst gevonden.