
inperken werkw. Uitspraak: [ 'ɪmpɛrkə(n) ] Afbreekpatroon: in·per·ken Vervoegingen: perkte in (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ingeperkt (volt.deelw.)
kleiner of geringer maken Voorbeelden: 'de CO2-uitstoot inperken' , 'de subsidie op zonnepanelen inperken' , 'de macht van het staatshoofd inperken' Antoniem: uitbreiden Synoniem...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/inperken

1) Binnen bepaalde grenzen beperken 2) Inkrimpen 3) Slinken 4) Bekorten 5) Beperken 6) Verkorten 7) Verlagen 8) Verminderen 9) Begrenzen 10) Beknotten 11) Kortwieken 12) Indammen 13) Reduceren 14) Afnemen 15) Krimpen 16) Inkapselen 17) Minderen 18) Limiteren
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Inperken/1
ergens een grens aan stellen, het omlaag brengen vb: we moeten de kosten een beetje inperken
Synoniemen: beperken reduceren terugbrengen
Tegenstelling: uitbreiden
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/
Geen exacte overeenkomst gevonden.