het manna zelfst.naamw. Afbreekpatroon: man·na 1) voedsel dat uit de hemel komt voor de Israëlieten tijdens hun tocht uit Egypte naar Kanaän; het Hebreeuwse woord is 'man'; dat kan in Ex. 16:15 ook worden begrepen als 'wat?' (14×: Ex. 16:15, 16:31 +, Num. 11:6 +, Deut. 8:3 +, Joz. 5:12 +, Ps. 78:24, Neh. 9:20; ook 3× in NT)... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/manna
een gomachtige substantie, die zich als druppels afzet op de bladeren van zeker soort bomen, onder andere de assagaaybomen op Mauritius. De gestolde druppels werden als korrels ingezameld en als purgeermiddel gebruikt. Gevonden op http://resources.huygens.knaw.nl/vocglossarium/
Let op: Spelling van 1858 het voedsel der Israëlieten in de woestijn. Ook een verhard zoet sap van den esscbenboom, dat eene zachtwerkende zuiverende kracht heeft Gevonden op http://www.dbnl.org/tekst/weil004kuns01_01/