I misbaar bijv.naamw. Afbreekpatroon: mis·baar Verbuigingen: misbaarder Verbuigingen: misbaarst II misbaar zelfst.naamw. Afbreekpatroon: mis·baar ''met veel misbaar'': in overmatige mate ergens een probleem van makend. (met luid geschreeuw en veel lawaai) Voorbeeld: 'Met veel misbaar gaf hij uiteindelijk toch gevolg aan die opdra... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/misbaar
(in misbaar maken): tekeergaan, protesteren - Woordfeit: Het zelfstandig naamwoord misbaar heeft niets te maken met onmisbaar. Het is een afleiding van het werkwoord misbaren `tieren, jammeren`. Daarin zit het oude werkwoord baren, dat `zich gedragen` betekende en vaak ook al `tekeergaan`. Met het voorvoegsel m... Gevonden op https://onzetaal.nl/nieuws-en-dossiers/nieuwsbrieven/woordpost/woordpostarc