molesteren werkw. Uitspraak: [ mɔlɛs'terə(n) ] Afbreekpatroon: mo·les·te·ren Vervoegingen: molesteerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gemolesteerd (volt.deelw.) 1) (iets) vernielen of (iemand) in elkaar slaan Voorbeelden: 'Toen hij een rode kaart kreeg stond hij op het punt de scheidsrechter te molesteren.' , 'Enkele ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/molesteren