naamloos bijv.naamw. Afbreekpatroon: naam·loos Verbuigingen: naamlozer Verbuigingen: naamloost 1) anoniem, geen naam hebbend, niet ondertekend met een naam. Voorbeeld: 'Het was een naamloze vluchteling.' 2) tweede betekenisomschrijving Voorbeeld: 'Zin met het naamloos in de tweede betekenis erin.' . Synoniemen: anon...
1) Anon 2) Anoniem 3) Nn 4) Onbekend 5) Ongetekend 1) Anoniem 2) Niet bekend 3) Niet getekend 4) Niet te noemen 5) Ongenoemd 6) Ongetekend 7) Onnoemelijk 8) Onuitsprekelijk 9) Zeer groot 10) Zonder naam 11) Zonder ondertekening