Zie ook:
race

racen werkw. Uitspraak: [ ˈresə(n) ] Afbreekpatroon: ra·cen Vervoegingen: racete (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geracet (volt.deelw.)
1) deelnemen aan een snelheidswedstrijd Voorbeeld: 'Hij racet al sinds zijn 17e.'
2) heel snel iets doen Voorbeeld: 'We moesten racen om de trein te halen.' Zie ook: race ...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/racen

1) Koersen 2) Zeer snel rijden 3) Hard hollen 4) Zeer snel lopen 5) Spoeden 6) Hollen 7) Crossen 8) Snellen 9) Snel rijden 10) Snel lopen 11) Zich snel voortbewegen 12) Hard lopen 13) Jakkeren 14) Hard rijden 15) Hardlopen 16) Hardrijden 17) Gassen 18) Rennen 19) Pezen 20) Zeer hard lopen 21) Wielrennen
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Racen/1
heel snel lopen, rijden of varen vb: bij racete met zijn sportwagen door de straatjes
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/

• [inerg] aan een snelheidswedstrijd deelnemen. • [inerg] haasten.
Gevonden op
https://nl.wiktionary.org/wiki/racen

Racen is zich snel met een voertuig voortbewegen, meestal in een wedstrijd.
[basiswoordenlijst groep 4]Gevonden op
https://wikikids.nl/Racen
Geen exacte overeenkomst gevonden.