de rosbief zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'rɔzbif ] Afbreekpatroon: ros·bief rundvlees dat geroosterd of gebraden is of nog moet worden Voorbeeld: 'rosbief met rode wijnsaus' 4 definities...
1) Beleg 2) Broodbeleg 3) Gebraden lendestuk 4) Gebraden rundvlees 5) Licht gebraden rundvlees 6) Lichtgebraden rundvlees 7) Roastbeef 8) Rode vleessoort 9) Rundsvlees 10) Rundvlees 11) Stuk rundvlees 12) Vlees 13) Vleesgerecht 14) Vleessoort 15) Vleeswaar 16) Vleeswaren 1) Roastbeef 2) Ros 
geroosterd of gebraden stuk rundvlees (toon de herkomst via de etymologiebank)
geroosterd of gebraden rundvlees vb: in Nederland eten we de rosbief meestal koud
mager rundvlees dat vooral in een groot stuk wordt gesneden uit het lendenstuk, het staartstuk of de bil en bestemd is om te roosteren of te braden
geroosterd rundvlees
geroosterd rundvlees