
1.(onooglijk) kledingstuk (VD) 1) Voorbeeld: ‘
Ho, Kunz, het is toch heel iets anders een stomme loeder van ons slag oren en neus af te snijden, een keefswijf haar schabernak af te trekken en te vergoren’ 2.uitdr. Voorbeeld: ‘
iemand bij zijn schabbernak stekken’: bij de klodden, bij de vodden pakken, bij zijn kraag pakken, vatt...
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0021.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.