schoof zelfst.naamw. (de) Verbuigingen: schoven (meerv.) Verbuigingen: schoofje (verkleinwoord) 1) een bijeengebundelde hoeveelheid aren Voorbeeld: 'De schoven staan op het veld te drogen.' 2) een wiskundige structuur die aan de open verzamelingen van een topologische ruimte bepaalde algebraïsche structuren koppelt, bij...
1) Bosje 2) Bundel 3) Bundel graanhalmen 4) Bundel halmen 5) Bundel korenhalmen 6) Bundel samengebonden halmen 7) Bundel stro 8) Bundel van graanhalmen 9) Bussel 10) Garf 11) Garve 12) Gerbe 13) Halmenbundel 14) Hooihoop 15) Korenbundel 16) Samengebonden graanhalmen 17) Samengebonden halmen 18) Samengebonden hoeveelheid halmen 1) Bosje 2) Bundel 3) Bussel 4) Garf 5) Garve 6) Gerf 7) Korenschoof 
bundel halmen (toon de herkomst via de etymologiebank)
[graan] - Een schoof is een bundel plantmateriaal samengebonden met een bindster. De bindster kan een onderdeel van het gewas zelf zijn. Het maken van een schoof was gangbaar bij de oogst van graangewassen. Een schoof wordt nog altijd gemaakt bij bolplanten. Door het samenbinden van de bladeren met enkele bladstelen van de b...
bundel halmen; (verouderd) duigen
bundel halmen