de ringvinger zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'rɪŋvɪŋər ] Afbreekpatroon: ring·vin·ger Verbuigingen: ringvingers (meerv.) de tweede vinger vanaf de buitenkant van je hand Gevonden op https://woorden.org/woord/ringvinger
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] bij de Romeinen de vinger tussen den middelvinger en de pink; thans: voor ongeëngageerden de wijsvinger van de linkerhand; bij geëngageerden de tweede vinger van de rechterhand, bij getrouwden de derde, bij hen, die geen plan hebben te trouwen, de pink. Gevonden op https://dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0022.php
vinger naast de pink waaraan meestal de ring gedragen wordt vb: de bruidegom schoof de ring aan haar ringvinger Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/
De 'ringvinger' is de vierde vinger van de menselijke hand, vanaf de duim geteld. De vinger heet zo omdat hij de (trouw)ring draagt. Gevonden op https://nl.wikipedia.org/wiki/Ringvinger