[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Schroefsleutel, Schroevendraaijer``] Werktuigen tot het vast- en losdraaijen van schroeven, zoodanig ingerigt, dat men daarmede de koppen der schroeven gemakkelijk en zeker kan vatten Gevonden op http://www.dbnl.org/tekst/land016mili01_01/land016mili01_01_0020.htm
(soms zelfgemaakte) steek- of ringsleutel, die op de schroefasmoer past. Meestal voorzien van een vrij korte steel. De moeren worden door slagen met een zware hamer tegen de sleutel te geven los of vast gedraaid. Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=schr#schroefsl