de tegenhanger zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈtexə(n)hɑŋər ] Afbreekpatroon: te·gen·han·ger Verbuigingen: tegenhangers (meerv.) iemand die of iets dat bij een ander past en daarmee een paar vormt Voorbeeld: 'De begrippen 'goed' en 'kwaad' zijn elkaars tegenhangers.' Synoniem: pendant Synoniemen: antithe antithese pendant synoniem ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/tegenhanger