tuindeur zelfst.naamw. (de) Afbreekpatroon: tuin·deur Verbuigingen: tuindeuren (meerv.) Verbuigingen: tuindeurtje (verkleinwoord) een deur die toegang geeft tot de tuin Voorbeeld: 'De inbrekers kwamen via de tuindeur naar binnen.' . Deze woorden beginnen met tuindeur: • tuindeuren ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/tuindeur