
uitspreken, uitgooien, uitspuwen - Voorbeeld: ‘
Recht en krom, hij roefelde er alles uit gelijk 't hem voorkwam: dat werkvolk moeilijk en slecht was door haar schuld; dat zij en die nietweerd van een zoon, zochten baas te spelen op 't hof...’
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0023.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.