
uitwijken werkw. Uitspraak: [ 'œytwɛikə(n) ] Afbreekpatroon: uit·wij·ken Vervoegingen: week uit (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is uitgeweken (volt.deelw.)
1) je koers veranderen om niet ergens tegenaan te botsen Voorbeeld: 'naar rechts uitwijken om de tegenligger te ontwijken'
2) noodgedwongen naar een andere pla...Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/uitwijken

1) Afwijken 2) Emigreren 3) Ontgaan 4) Ontkomen 5) Ontsnappen 6) Ontvluchten 7) Ontwijken 8) Schuilen 9) Toevluchten 10) Vermijden 11) Vertrekken 12) Vluchten 13) Wegkruipen 14) Wegvluchten 15) Zwenken 16) Migreren
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Uitwijken/1

1) Emigreren 2) Om iets heen gaan 3) Ontkomen 4) Ontsnappen 5) Ontvluchten 6) Opzij gaan 7) Opzijgaan 8) Schuilen 9) Toevluchten 10) Uit de weg gaan 11) Uithalen 12) Vermijden 13) Vluchten 14) Wegkruipen 15) Wegvluchten 16) Zwenken
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Uitwijken/1
uit de weg gaan, opzij gaan vb: zij moest uitwijken voor een auto
naar een andere plaats gaan vb: als het regent, wijken we uit naar de sportzaal
Gevonden op
http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=uitwijken
Geen exacte overeenkomst gevonden.