
de vislijn zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'vɪslɛin ] Afbreekpatroon: vis·lijn Verbuigingen: vislijnen (meerv.)
stevig draad dat je gebruikt om te vissen Voorbeeld: 'Nylon vislijn is in veel diktes te koop.' Synoniemen: hengelsnoer vissnoer
Gevonden op
https://woorden.org/woord/vislijn

1) Sportvisattribuut 2) Beug 3) Hengelsnoer 4) Vissersgerei 5) Vissnoer 6) Deel van een hengel
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Vislijn/1

Vlaams voor het Nederlandse woord ` vishengel`
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/11289

1> dun touw waaraan vishaken gezet worden. Vergelijk: vissnoer . 2> zware staaldraad tussen een vast punt op de oever en het knooppunt van ankerketting , springslot en voordraad bij de ankerkuilvisserij . Ook strang of waldraad genoemd. Gijs Sepers, Waalschokkers zijn geen schokkers, Spiegel der Zeilvaart 8/2000.
Gevonden op
https://www.binnenvaarttaal.nl/zoek.php?woord=vislijn
Geen exacte overeenkomst gevonden.