
vollopen werkw. Uitspraak: [ 'vɔlopə(n) ] Afbreekpatroon: vol·lo·pen Vervoegingen: liep vol (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is volgelopen (volt.deelw.)
het vullen of vol worden van iets Voorbeelden: 'je bad laten vollopen' , 'De filmzaal liep geleidelijk aan vol.'
Gevonden op
https://woorden.org/woord/vollopen

1) Zich vullen 2) Volstromen
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Vollopen/1
Syn.: volstromen
Def.: vol worden door en met wat binnenstroomt
Toelichting: veelal het zich vullen met water
Gevonden op
https://aquo.nl/index.php/Categorie:Geldige_begrippen

De letters en rasters gaan dichtzitten met inkt. Dit vollopen kan liggen aan te zware druk (degel-legger-afstelling) of te vette druk (te veel inkt en/of te grof papier, dat immers veel inkt nodig heeft), te grove inkt voor te fijne clichés, papierstof (stuiven) wat in de vorm terecht komt, te zwaar gestelde inktrollen of te veel schaduwpartijen i...
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/11165
vol raken door wat erin stroomt vb: wil je het bad even laten vollopen?
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/

• [erga] opgevuld raken met een vloeistof. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
Gevonden op
https://nl.wiktionary.org/wiki/vollopen
Geen exacte overeenkomst gevonden.