verslinden werkw. Uitspraak: [ vərˈslɪndə(n) ] Afbreekpatroon: ver·slin·den Vervoegingen: verslond (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft verslonden (volt.deelw.) gulzig opeten Voorbeeld: 'De tijger verslond de antilope.' Synoniem: opschrokken Die terreinwagen verslindt benzine. (die terreinwagen verbruikt veel benzine) detectives ve...
1) Devoreren 2) Oppeuzelen 3) Opslokken 4) Opvreten 5) Verorberen 6) Verscheuren 7) Verzwelgen 8) Vreten 1) Gretig opeten 2) Gulzig opeten 3) Inslokken 4) Oppeuzelen 5) Opschrokken 6) Opslokken 7) Opvreten 8) Verorberen 9) Verscheuren 10) Verzwelgen 11) Vreten 
verzwelgen (toon de herkomst via de etymologiebank)
gulzig opeten vb: de leeuw verslond het stuk vlees
• [ov] grote hoeveelheden geheel verorberen. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
verzwelgen
verzwelgen