het vurenhout zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'vyrə(n)hɑut ] Afbreekpatroon: vu·ren·hout houtsoort die afkomstig is van de gewone spar 
1) Naaldhout 2) Naaldbomenhout 3) Hout 4) Wit hout 
vuren (zachthout) Ruimere term: zachthout
verwijst naar vuren = houtsoort (toon de herkomst via de etymologiebank)