de wandeling zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ 'wɑndəlɪŋ ] Afbreekpatroon: wan·de·ling Verbuigingen: wandelingen (meerv.) keer dat je wandelt Voorbeelden: 'een wandeling maken' , 'Tijdens een wandeling in het bos, ontdekte ik een zeldzame paddenstoel.' Synoniemen: kuier loop loopje omloop ommetje promenade tocht tochtje uitje wandeltoch... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/wandeling