de zedenpreker zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: ze·den·pre·ker Verbuigingen: zedenprekers (meerv.) Verbuigingen: zedenprekertje (verkleinwoord) iemand die zedenpreken houdt Voorbeeld: 'Hij is al jaren een verwoed zedenpreker.' . 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/zedenpreker