afbladderen werkw. Uitspraak: [ 'ɑvblɑdərə(n) ] Afbreekpatroon: af·blad·de·ren Vervoegingen: bladderde af (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is afgebladderd (volt.deelw.) in stukjes losraken van de ondergrond Voorbeelden: 'afbladderende schors' , 'van de muur afbladderende verf' Gevonden op https://www.woorden.org/woord/afbladderen
afschilferen: verf zal bij aanbrengen op een te vuile of vette ondergrond onthechten, of afbladderen. Een te vochtige ondergrond bij aanbrengen van de verf kan hier ook de oorzaak van zijn. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10831