Zie ook:
besnaar

besnaren werkw. Afbreekpatroon: be·sna·ren Verbuigingen: besnaarde Vervoegingen: besnaard (volt.deelw.)
voorzien van snaren Voorbeeld: 'Ik moet mijn racket dringend opnieuw laten besnaren.' . ...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/besnaren
Geen exacte overeenkomst gevonden.