
brauwen werkw. Afbreekpatroon: brau·wen Verbuigingen: brauwde Vervoegingen: gebrauwd (volt.deelw.)
1) het dichten van de naden van de scheepshuid met vezels en pek 2) het dichtnaaien van de oogleden van de vogel met een zijden draad, zoals dit gebruikelijk was voor de huif werd ingevoerd Voorbeeld: 'In sommige strek...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/brauwen

verwijst naar breeuwen = van de naden van een schip (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/brauwen
Geen exacte overeenkomst gevonden.