carneool zelfst.naamw. Verbuigingen: carneolen Verbuigingen: carneooltje een vlees- tot bruinrode, doorschijnende tot ondoorzichtige chalcedoonvariëteit behorend tot de kwartsen 
1) Sardis 2) Gele hars 3) Steen 4) Edelsteen 5) Siersteen 6) Gesteente 7) Bloedrode edelsteen 8) Halfedelsteen 9) Rode kwartssteen 10) Kwarts 11) Kwartsvariëteit 12) Rode edelsteen 
'Carneool' of 'kornalijn' is een vlees- tot bruinrode, doorschijnende tot ondoorzichtige chalcedoonvariëteit. Carneool werd al voor het begin van onze tijdrekening gebruikt voor de vervaardiging van zegelstenen en sieraden.
vleesrode edelsteen
Een doorschijnende, rode of oranje calcedoonvariant die ijzeronzuiverheden bevat. Vooral gebruikt voor zegels en zegelringen.
bevordert de spijsvertering, goed tegen infecties, wonden, galbezwaren en suikerziekte, kalmeert nachtmerries, koorts en storm; sterkt de familiezin. (Mercurius, Maagd)
vleesrode edelsteen (toon de herkomst via de etymologiebank)