de coëfficiënt zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ koɛfi'ʃɛnt ] Afbreekpatroon: co·ef·fi·ci·ent Verbuigingen: coëfficiënten (meerv.) getal waarmee je iets vermenigvuldigtwiskunde Voorbeelden: '7/8 is een breuk met 7 als coëfficiënt.' , 'ax is een onbekend getal met coëfficiënt a' , 'Een correlatiecoëfficiënt is een ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/coëfficiënt
(1) Getal waarmee je een ander getal vermenigvuldigt. (2) De noemer: het getal boven de deelstreep in een breuk. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/11557