creperen werkw. Uitspraak: [ krə'perə(n) ] Afbreekpatroon: cre·pe·ren Vervoegingen: crepeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is gecrepeerd (volt.deelw.) door beroerde omstandigheden sterven Voorbeeld: 'Laat ze maar creperen.' Synoniem: verrekken verrekken van de pijn (heel veel pijn hebben) Synoniemen: barsten doodgaan verrekken ziel...
1) Afzien 2) Barsten 3) Doodgaan 4) Ellendig omkomen 5) Ellendig sterven 6) Hongerlijden 7) Hongerlijden 8) Omkomen 9) Omkomen (van ellende) 10) Sterven 11) Sterven van gebrek 12) Verkommeren 13) Verrekken 14) Zieltogen 1) Doodgaan 2) Omkomen 3) Sterven 4) Verkommeren 5) Verrekken 6) Zieltogen 
Let op: Spelling van 1858 verrekken; sterven; ook van bommen, als zij springen
ellendig omkomen (toon de herkomst via de etymologiebank)
sterven
sterven