gooien werkw. Uitspraak: [ ˈxojə(n) ] Afbreekpatroon: gooi·en Vervoegingen: gooide (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gegooid (volt.deelw.) (iets) met je arm en hand krachtig van je af laten bewegen Voorbeelden: 'een bal naar iemand gooien' , 'de deur dicht gooien' Synoniem: werpen alles eruit gooien (heftig alles zeggen wat je wilt... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/gooien