de grommer zelfst.naamw. (m.) Verbuigingen: grommers Verbuigingen: grommertje 1) iets of iemand die een grommend, brommend geluid maakt 2) een metalen verstevigingsring om gaten waar touw of koord doorheen loopt, tegen slijtage en uitscheuren te beschermen 
1) Ring van touw 2) Knorrepot 3) Brombeer 4) Ring van touwen 5) Schoonmaker van vis 
touwen ring om een blok (toon de herkomst via de etymologiebank)
Ringvormig stuk touw.
Een gesloten ring van touwwerk om b.v. een blok aan een rondhout te kunnen hangen, of ingenaaid in de schoot- of andere hoek van een katoenen zeil. Grommers werden ook gebruikt als lussen aan een jackstay om een arm door te steken om beide handen vrij te hebben voor het reven of opdoeken van het zeil. Grommer is tegenwoordig ook de naam van een bep...
niet al te grote ring van touw , gemaakt door één kardeel drie maal om zich zelf heen te slaan en daarna de einden weg te splitsen . Ook wel grommet of touwring genoemd. Kleine grommers werden soms gebruikt als versteviging van een trens voor een zeilkous (zie ook: grommet ), maar het meest werden grommers gebruikt voor de zogenaamde stropblokke....
[Let op: mogelijk oud Nederlands van 1400-1800] visschoonmaker