hallo tussenwerpsel Uitspraak: [ ˈhɑlo ] Afbreekpatroon: hal·lo 1) <dat zeg je als je iemand groet of iemands aandacht wilt trekken> Voorbeelden: 'Hallo, hoe is het ermee?' , 'Hallo, jij daar, kun je me zeggen waar het postkantoor is?' , 'Hallo, hoort u mij?' 2) <dat zeg je als je verbaasd bent> Voor... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/hallo