de harten zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ ˈhɑrtə(n) ] Afbreekpatroon: har·ten vorm waarmee een van de vier 'kleuren' in het kaartspel wordt onderscheiden Voorbeeld: 'hartenboer' Antoniemen: ruiten, klaver, schoppen, Synoniemen: klaver (antoniem) ruiten (antoniem) schoppen (antoniem) 
1) Kaartkleur 2) Figuur uit het kaartspel 3) Bridgeterm 4) Kaartterm 5) Kleur van het kaartspel 6) Kaartsymbool 7) Symbool op speelkaarten 8) Deel van een kaartspel 9) Kaartfiguur 10) Schrijver 11) Speelkaartkleur 12) Nederlandse Schrijver 
een van de vier kleuren van een kaartspel, in de vorm van rode, hartvormige figuren Tegenover ruiten, klaveren en schoppen. speelkaart in de kleur harten Voor een individuele kaart wordt vaak ook het verkleinwoord van het enkelvoud hartje gebruikt.
naam van een speelkaart
kleur in kaartspel
damherten, Dama dama.
kleur in kaartspel (toon de herkomst via de etymologiebank)