het idiotisme zelfst.naamw. Afbreekpatroon: idi·o·tis·me Verbuigingen: idiotismen (meerv.) 1) hoogste graad van zwakzinnigheid 2) taaleigenaardigheid, idioom 3) stommiteit . 1 definitie...
1) Dwaze stommiteit 2) Eigenaardige spreekwijze 3) Stompzinnigheid 4) Zwakzinnigheid 
taaleigenaardigheid (toon de herkomst via de etymologiebank)
Een woord of een uitdrukking in een dialect Afgeleid van het Griekse idiotismôs (gewone, eigen spreekwijze)